Milieu- en klimaatimpact Spoorvisie 2040

22077
TML bracht de huidige en toekomstige energieverbruik en broeikasgasemissies van voertuigen in België in kaart om de doelen van de Belgische Spoorvisie 2040 te evalueren. Met een scenarioanalyse met zelf ontwikkelde modellen werd aangetoond dat het spoor de meest energie-efficiënte optie is, maar dat significante emissiereducties alleen haalbaar zijn met een daling van de vervoersvraag.


De Belgische Spoorvisie 2040 ambieert tegen 2040 een modaal aandeel te realiseren van 15% voor personenvervoer per trein en 20% voor goederenvervoer per trein. In 2021 bedroegen deze percentages nog respectievelijk 8% en 12%. In deze studie berekenden we het huidig en toekomstig energieverbruik en de emissies van broeikasgassen (BKG) van alle voertuigen op Belgisch grondgebied. Daarna evalueerden we verschillende toekomstscenario’s voor het energieverbruik en de emissies met het oog op het behalen van de modale verdeling die voorzien is in de Spoorvisie 2040.

Het doel van deze studie was vijfdelig:
  1. Het objectiveren van het huidig energieverbruik en de uitstoot van broeikasgassen per vervoermiddel in België.
  2. Het evalueren van verschillende toekomstscenario’s voor het energieverbruik en de emissies van CO2-equivalenten met het oog op het behalen van de modale verdeling voorzien in de Spoorvisie 2040.
  3. Het beschrijven en evalueren van de verschillende risico’s en kansen van deze toekomstscenario’s.
  4. Het beschrijven van andere aspecten rond duurzame ontwikkeling die voortvloeien uit de realisatie van de Spoorvisie 2040.
  5. Een vergelijking tussen de scenario’s en de energie- en klimaatdoelstellingen van België.

We behaalden de doelen met een scenarioanalyse. Voor het doorrekenen van de scenario’s gebruikten we een aantal modellen die we zelf ontwikkelden: EMMOSS, de reken- en prognosetool wegverkeer en EMMOL. Daarna voerden we een risicoanalyse uit voor elk toekomstscenario.

Onze berekeningen toonden aan dat het spoor het meest energie-efficiënte en klimaatvriendelijke vervoersmiddel is, zowel nu als in elk van de toekomstscenario’s. Daarnaast toonden we aan dat het totale energieverbruik en de uitstoot van BKG door transport sterk zullen dalen in België over de periode 2019 tot 2040. Dit komt voornamelijk door de verwachte elektrificatie van het wagenpark en door een stijgend aandeel van het gebruik van duurzame brandstoffen. De realisatie van de Spoorvisie versterkt deze tendens naar verduurzaming. Afhankelijk van het doorgerekende scenario vinden we dat de uitstoot van broeikasgassen van niet-ETS-transportsectoren over de periode 2019 tot 2040 daalt met 75% voor het personenvervoer en 77% voor het goederenvervoer.

De resultaten in deze studie tonen echter ook aan dat een echte hefboomwerking voor het verlagen van het energieverbruik en de uitstoot van BKG pas ontstaat wanneer de vervoersvraag daalt. Hoewel de sterke modale verschuiving van het wegtransport naar spoor onder invloed van de Spoorvisie belangrijke klimaat- en energiewinsten oplevert, is dit onvoldoende om de Belgische emissiereductiedoelstellingen te behalen. Het is noodzakelijk dat er een gedragsverandering optreedt, die zich vertaalt in een daling van de transportvraag.

Periode

2023

Opdrachtgever

Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer

Ons team

Vincent Henrion, Bart Ons, Filip Vanhove, Rosanne Vanpée
© 2025 Transport & Mobility Leuven | Westsite: Online Oplossingen en Webdesign