ECCONET

08.11
Van 2010 tot 2013
TML was betrokken bij het ECCONET-project, dat de impact van klimaatverandering op de binnenvaart en mogelijke adaptatiemaatregelenonderzocht. Aan de hand van diverse klimaatscenario’s en economische analyses identificeerde het project adaptatiemaatregelen op het gebied van scheepstechnologie, infrastructuur en operationele processen en benadrukte het het belang van continue optimalisatie en onderhoud van de waterwegen zonder grote infrastructurele veranderingen.


ECCONET, een DG MOVE-onderzoeksproject uit het 7e Kaderprogramma van de EC dat liep van 2010 tot 2012, bestudeerde het aanpassen aan klimaatverandering, met binnenvaart als primaire casus. Het project onderzocht zowel de impact van klimaatverandering op de bevaarbare waterwegen als de adaptatiemaatregelen die genomen kunnen worden.


Bij de analyse van het fenomeen klimaatverandering werd door middel van klimaatmodellen binnen ECCONET de klemtoon gelegd op de effecten op hydrologie. In tegenstelling tot vele andere projecten in verband met klimaatverandering, werd binnen ECCONET gewerkt met een uitgebreid aantal klimaatscenario’s, in plaats van een specifiek extreem geval. Zodoende kon een evenwichtig beeld opgesteld worden van de toekomstige bevaarbaarheid van de waterwegen in het Rijn-Main-Donaubekken. Op basis van dit beeld, samengesteld uit twee dubbele “natte” en “droge” scenario’s, werd een transporteconomische analyse uitgevoerd, waaruit bleek dat de impact van klimaatverandering op de afzonderlijke Rijnmarkt tegen 2050 allicht niet van die omvang zal zijn dat er een merkbaar effect op de modale verdeling is. Het zullen eerder de economische achtergrondfactoren zijn, zoals de brandstofprijs, die hierop zwaar doorwegen. Op de nog langere termijn (tot 2100) zou klimaatverandering wel een grote invloed kunnen hebben op de omstandigheden voor transport. Dit is echter niet verder onderzocht omwille van de geringe waarde van economische projecties met een dergelijke horizon.

Tegelijkertijd werden in ECCONET ook een aantal mogelijke adaptatiemaatregelen geïdentificeerd. Deze konden ruwweg in vier categorieën verdeeld worden: scheepstechnologie en toepassingen, infrastructuur en onderhoud, betere voorspelling van waterniveaus en veranderingen aan logistieke en operationele processen. Het onderzoek bestond uit een literatuurstudie, modellering, kosten-effectiviteitsanalyse en bevraging van belanghebbende partijen.
  • De meest veelbelovende scheepsgerelateerde maatregelen zijn gewichtsvermindering en de inzet van gekoppelde konvooien (met name op de Rijn). Voor meer experimentele aanpassingen (zoals aanpasbare stuwingstunnels, platte rompen en opblaasbare zij-elementen) kon niet aangetoond worden dat deze kostenefficiënt konden zijn. Ook continue operatie (i.p.v. twaalfuurscycli zoals nu) bleek geen oplossingen te bieden, omwille van de hoge arbeidskosten.
  • De beperkte omvang van klimaatveranderingseffecten op de beschouwde termijn maakt dat grote infrastructurele aanpassingen niet gerechtvaardigd zijn. Optimalisatie van de huidige waterwegen door voortdurend en verbeterd onderhoud (met name op de Donau) zijn wel essentieel.
  • De verantwoordelijkheid voor de voorspelling van waterniveaus (bijvoorbeeld de ontwikkeling van modellen voor seizoensvoorspellingen) ligt bij de nationale of regionale overheden. Hoewel het werkelijke potentieel van dergelijke modellen onbekend is, kan elke verbetering van de voorspellingscapaciteiten een grote winst betekenen voor de sector.
  • Tijdens de studie van operationele en logistieke processen bleek dat verladers en verschepers bij periode van droogte en lage waterniveaus (hoge transportprijzen of blokkering van het transport) normaal verkiezen te wachten tot deze voorbij is en gebruik te maken van bestaande buffercapaciteit. Enkel bij droge periodes vanaf meerdere weken zullen zij overwegen andere (duurdere en minder flexibele) transportmodi te gebruiken. Grote investeringen in extra opslagcapaciteit, of zelfs verhuis van productie-eenheden, worden als allerlaatste redmiddel gezien.

Gegeven de beperkte impact van klimaatverandering op de transportomstandigheden is er weinig heil te vinden in dure adaptatiemaatregelen. Desalniettemin is het van groot belang de transportomstandigheden voor binnenvaart op de Rijn en Donau in goede staat te houden en te verbeteren. De huidige trend van schaalvergroting van schepen op de Rijn dient met enige omzichtigheid bekeken te worden, gegeven de grotere gevoeligheid van deze schepen aan extreme droogte. Ook dient opgemerkt te worden dat adaptatiemaatregelen die op de beschouwde termijn niet rendabel zijn, dat misschien wel kunnen worden wanneer verder in de toekomst wordt gekeken, gezien in de periode na 2050 een grotere invloed van klimaatverandering wordt verwacht. Om die reden is voortdurend toezicht op de toestand van de waterwegen aangewezen. Verder toegespitst onderzoek is tevens aangewezen.

Periode

Van 2010 tot 2013

Opdrachtgever

Europese Commissie, FP7

Partners

via donau (Oostenrijk), VU-FEWEB (Nederland), NEA Transportonderzoek en Training (Nederland), FUCaM, BfG (Duitsland), VITUKI (Hongarije), OMSZ (Hongarije), DST (Duitsland), KNMI (Nederland)

Ons team

Veerle Vranckx, Tim Breemersch, Eef Delhaye, Christophe Heyndrickx, Kris Vanherle, Ignacio Hidalgo González
© 2025 Transport & Mobility Leuven | Westsite: Online Oplossingen en Webdesign