Impact van nieuwe weginfrastructuur op CO2
11.58
2012
In deze studie werden de effecten van drie grote infrastructuurprojecten op de CO2-uitstoot van Belgisch wegtransport geanalyseerd aan de hand van verkeersgegevens en milieueffectrapportages. TML vergeleek enkele scenario's om het effect van infrastructuuruitbreiding en het aanzuigeffect van nieuw verkeer te kwantificeren.
Wegtransport in België neemt een belangrijk deel van de totale CO2-uitstoot voor zijn rekening, zowat 18%. De Europese Unie heeft beslist dat de Belgische transportsector tegen 2020 15% minder CO2 moet uitstoten in vergelijking met 2005 om klimaatverandering onder controle te houden. Volgens de projecties zal bij voortzetting van het beslist beleid echter slechts een daling van 8% gerealiseerd worden tegen 2020, vooral door de verbetering van de brandstofefficiëntie van het wagenpark.
De diverse Belgische overheden plannen in het komende decennium een aantal grote uitbreidingen van de weginfrastructuur om de doorstroming te verbeteren en de huidige infrastructuur te ontlasten. Maar nieuwe infrastructuur heeft ook een aanzuigeffect waardoor nieuw verkeer gegenereerd wordt. In deze studie bekeken we drie grote ingrepen in de infrastructuur en hun effect op de CO2-uitstoot.
De bouw van deze nieuwe weginfrastructuur, zonder enige flankerende maatregelen, zorgt ervoor dat de verwachte reductie terugvalt tot 6,3%. Het is, vanuit het oogpunt van de CO2-uitstoot, zeer sterk aangewezen om de beschreven infrastructuurprojecten enkel uit te voeren in combinatie met alle nodige flankerende maatregelen.
1) De uitbreiding van de R0, de grote Ring rond Brussel
Het wegtransport op en rond de R0 zorgt voor zowat 13% van de CO2-uitstoot van wegtransport in België. Voor de uitbreiding van de R0 rond Brussel is uitgegaan van het bestaande milieueffectenrapport. Daarin is echter niet onderzocht wat het zuivere effect is van enkel de infrastructuuruitbreiding, dus dit was een van de belangrijkste taken in deze studie. Door vergelijking van de scenario's business-as-usual, 1 en 5 uit de MER, kon benaderend afgeleid worden wat de CO2-uitstoot in dit geval zou zijn.
Daarbovenop is een schatting gemaakt van het aanzuigeffect. Nieuwe infrastructuur maakt het makkelijker om zich te verplaatsen en trekt daardoor nieuw verkeer aan. Uit onze berekening blijkt dat wanneer extra rijstroken zonder enige flankerende maatregelen worden aangelegd, reeds na vijf jaar de CO2-uitstoot terug op het niveau van 2005 zal zijn.
2) De Oosterweelverbinding in Antwerpen
De CO2-uitstoot van wegtransport in en rond Antwerpen bedraagt 18,5% van het totaal van het Belgische wegtransport, dus meer dan de R0.
Voor de Oosterweelverbinding was nog geen MER-rapportering beschikbaar, dus daar is vertrokken van verkeersgegevens uit het Masterplan 2020. Op basis van de verkeersvolumes berekenden we dat de CO2-uitstoot in het BAU-scenario in 2020 zowat gelijk blijft aan het niveau van 2005. Verder kon worden afgeleid dat de bouw van de Oosterweelverbinding aanleiding geeft tot een beperkte stijging van 0,4%, waar het Masterplan zorgt voor een daling van bijna 4% van de CO2-uitstoot van het verkeer in Antwerpen.
We maakten een voorzichtige schatting van de grootte van het aanzuigeffect van de nieuwe infrastructuur op middellange termijn. Het resultaat is een stijging van 2,3% van de CO2-uitstoot in Antwerpen voor enkel de aanleg van de Oosterweelverbinding. Voor het volledige Masterplan zou de daling gereduceerd worden tot -1,5%. Men komt dus niet in de buurt van het doel van -15%. Verder verkeerskundig onderzoek is wel sterk aangewezen. Allicht gebeurt dit tijdens het opstellen van het milieueffectenrapport (MER).
3) Een nieuwe, snelle verbinding (type Nx-weg) tussen de E40 en Sint-Truiden, naast de bestaande N80
Gegeven het huidige profiel van de verbinding (met slechts zeer beperkte congestie), zal de bouw van deze nieuwe verbinding eerder zorgen voor een betere splitsing van lokaal en doorgaand verkeer dan voor het aanzuigen van veel nieuw verkeer. Er wordt dus geen significante impact op de CO2-uitstoot verwacht.
Wegtransport in België neemt een belangrijk deel van de totale CO2-uitstoot voor zijn rekening, zowat 18%. De Europese Unie heeft beslist dat de Belgische transportsector tegen 2020 15% minder CO2 moet uitstoten in vergelijking met 2005 om klimaatverandering onder controle te houden. Volgens de projecties zal bij voortzetting van het beslist beleid echter slechts een daling van 8% gerealiseerd worden tegen 2020, vooral door de verbetering van de brandstofefficiëntie van het wagenpark.
De diverse Belgische overheden plannen in het komende decennium een aantal grote uitbreidingen van de weginfrastructuur om de doorstroming te verbeteren en de huidige infrastructuur te ontlasten. Maar nieuwe infrastructuur heeft ook een aanzuigeffect waardoor nieuw verkeer gegenereerd wordt. In deze studie bekeken we drie grote ingrepen in de infrastructuur en hun effect op de CO2-uitstoot.
De bouw van deze nieuwe weginfrastructuur, zonder enige flankerende maatregelen, zorgt ervoor dat de verwachte reductie terugvalt tot 6,3%. Het is, vanuit het oogpunt van de CO2-uitstoot, zeer sterk aangewezen om de beschreven infrastructuurprojecten enkel uit te voeren in combinatie met alle nodige flankerende maatregelen.
1) De uitbreiding van de R0, de grote Ring rond Brussel
Het wegtransport op en rond de R0 zorgt voor zowat 13% van de CO2-uitstoot van wegtransport in België. Voor de uitbreiding van de R0 rond Brussel is uitgegaan van het bestaande milieueffectenrapport. Daarin is echter niet onderzocht wat het zuivere effect is van enkel de infrastructuuruitbreiding, dus dit was een van de belangrijkste taken in deze studie. Door vergelijking van de scenario's business-as-usual, 1 en 5 uit de MER, kon benaderend afgeleid worden wat de CO2-uitstoot in dit geval zou zijn.
Daarbovenop is een schatting gemaakt van het aanzuigeffect. Nieuwe infrastructuur maakt het makkelijker om zich te verplaatsen en trekt daardoor nieuw verkeer aan. Uit onze berekening blijkt dat wanneer extra rijstroken zonder enige flankerende maatregelen worden aangelegd, reeds na vijf jaar de CO2-uitstoot terug op het niveau van 2005 zal zijn.
2) De Oosterweelverbinding in Antwerpen
De CO2-uitstoot van wegtransport in en rond Antwerpen bedraagt 18,5% van het totaal van het Belgische wegtransport, dus meer dan de R0.
Voor de Oosterweelverbinding was nog geen MER-rapportering beschikbaar, dus daar is vertrokken van verkeersgegevens uit het Masterplan 2020. Op basis van de verkeersvolumes berekenden we dat de CO2-uitstoot in het BAU-scenario in 2020 zowat gelijk blijft aan het niveau van 2005. Verder kon worden afgeleid dat de bouw van de Oosterweelverbinding aanleiding geeft tot een beperkte stijging van 0,4%, waar het Masterplan zorgt voor een daling van bijna 4% van de CO2-uitstoot van het verkeer in Antwerpen.
We maakten een voorzichtige schatting van de grootte van het aanzuigeffect van de nieuwe infrastructuur op middellange termijn. Het resultaat is een stijging van 2,3% van de CO2-uitstoot in Antwerpen voor enkel de aanleg van de Oosterweelverbinding. Voor het volledige Masterplan zou de daling gereduceerd worden tot -1,5%. Men komt dus niet in de buurt van het doel van -15%. Verder verkeerskundig onderzoek is wel sterk aangewezen. Allicht gebeurt dit tijdens het opstellen van het milieueffectenrapport (MER).
3) Een nieuwe, snelle verbinding (type Nx-weg) tussen de E40 en Sint-Truiden, naast de bestaande N80
Gegeven het huidige profiel van de verbinding (met slechts zeer beperkte congestie), zal de bouw van deze nieuwe verbinding eerder zorgen voor een betere splitsing van lokaal en doorgaand verkeer dan voor het aanzuigen van veel nieuw verkeer. Er wordt dus geen significante impact op de CO2-uitstoot verwacht.